Start van de workshop op het Leonardo Da Vinciplein in Den Bosch.

Studenten aan het werk in de publieke ruimte.

Interventie bij een roltrap.

Samen met passanten schrijven de studenten een gedicht.

Tableau Vivant En/met patat eten

De trap is defect.

Evaluatie gesprek over de impact van een interventie.

 

Beeld op straat

In de ééndaagse workshop Beeld op straat zijn studenten van de akv|stjoost uitgenodigd de impact van artistieke interventies in het publieke domein te onderzoeken.

Doelstellingen.

De workshop heeft drie doelstellingen, die hun oorsprong vinden in ‘action research’ als onderzoeksmethode waarmee studenten ervaring kunnen opdoen.

De studenten hebben de opdracht in het publieke domein te acteren; Het publieke domein als onderzoeksomgeving te gebruiken in een learning by doing context.

De studenten kunnen verschillende media in het publieke domein onderzoeken, zodat ze zelf ervaren dat er in de interactie in het publieke domein verschillende wijzen van communicatie en mediagebruik mogelijk zijn. De effectiviteit van het mediagebruik is daarbij niet vakdiscipline afhankelijk, maar onderzoeksvraag afhankelijk.

De studenten ervaren dat onderzoeken in de publieke ruimte mogelijk zijn door zelf te interveniëren met behulp van artistieke producties. Daarbij is het uitgangspunt dat de onderzoeksstrategieën en werken ‘an sich’ artistieke zeggingskracht bevatten.

Waar.

De workshop vindt plaats in de omgeving van het centraal station in Den Bosch. Het station kent diverse gebruikersgroepen en passanten (stromen).

Het is hierdoor enerzijds mogelijk snel focussen op de verschillende doelgroepen als reizigers, studenten, ambtenaren etc. Anderzijds is de grote aanwezigheid van het publiek een ‘vuurdoop’ voor studenten. De explicite expositie van de studenten persoonlijk en het werk, binnen een leeromgeving, moet het voor de studenten mogelijk maken te durven handelen in het publieke domein en te kunnen falen.

Wanneer.

De workshop vindt plaats vanaf het middaguur en loopt tot de avondspits. Hierdoor zijn de voordelen van de gemengde bezoekersstromen aanwezig en is tegelijkertijd een overzicht mogelijk (die tijdens de spits afwezig is).

Motivatie.

Op de akv|stjoost zijn studenten vaak verwikkeld in langlopende onderzoekstrajecten waarbij de openbare ruimte en haar publieken centraal staan. In deze researchtrajecten lijkt het voor studenten lastig vanuit de door hen gestelde onderzoeksvragen een feitelijke ontmoeting met betrokkenen in het publieke domein te realiseren.

Een mogelijke oorzaak hiervoor is dat er te weinig ervaring is in het handelen in de publieke ruimte en als onderzoekende ontwerpers in – beeldende – dialoog te treden met publieken.

Daarnaast valt het op dat studenten in – langlopende – onderzoeken bij de benadering van ervaringsdeskundigen van de publieke ruimte veelvuldig kiezen voor journalistieke formats, als enquête, vragenlijsten, documentaires etc.

De workshop Beeld op Straat, moet studenten laten ervaren dat het onderzoeken van de publieke ruimtes en het bevragen van de gebruikers van die ruimten als een artistieke strategie vorm gegeven kan worden.

De Opdrachten.

De studenten krijgen drie opdrachten: Intervenieer in de publieke ruimte met beeld; Intervenieer in de publieke ruimte met tekst (typografie); intervenieer in de publieke ruimte met een performance.

Verloop.

Tijdens het proces worden drie werkwijzen inzichtelijk bij de groepen studenten.

Enerzijds is er een groep studenten die zich expliciet focust op een onderzoek rondom een locatie. De – rol – trappen in de omgeving van treinstation in Den Bosch. In het verloop van de middag sluiten zich andere groepen bij deze werkwijze aan.

Een groep studenten focust op een thematisch onderzoek, namelijk consumptie. Deze groep kiest afhankelijk van de vorm van de interventie telkens een andere locatie.

Een groep doet uitgebreid onderzoek naar de publieke ervaring van een object, te weten een ballon.

Algemene bevindingen.

De studenten krijgen voor het ontwikkelen, uitvoeren, verzamelen en interpreteren van de opbrengsten telkens 30 minuten. Er zijn een aantal populaire strategieën waar te nemen in de uitvoering:

Een deel van de ontwikkelde projecten zijn ontwikkeld rondom het idee van ‘obstructie’. In het ‘afdwingen’ van een perceptie of gedragsverandering wordt ervoor gekozen de normale handelwijze onmogelijk te maken, of te suggereren dat deze onmogelijk is, zoals het blokkeren van een trap,

Andere strategieën zijn erop gericht het publiek te laten delen in een bijzondere waarneming. Het eigen lichaam wordt gebruikt de omstanders te laten ‘meekijken’ met de uitvoerders van de interventies. Klappen in de publieke ruimte, het samen kijken naar een ballon etc.

De groep studenten die zich richt op het thema eten, richt zich op het ‘herwaarnemen’ van de omgeving. In die zin is er gekozen voor een afstand die zij als makers behouden tot het publiek, hun eigen lichamelijkheid speelt – in de performances – wel een rol, maar niet in relatie tot het lichaam van de ander. In die zin wordt de beschouwer niet uitgedaagd onderdeel te worden van een interventie.

Ten eerste is er het ‘bord met eten’ gemaakt van afval, dat op diverse locaties wordt gepresenteerd. Maar ook de ‘gevaarlijk’ voedselbordjes in de supermarkt is gericht op de ‘herwaarneming’ van het allerdaagse.

De performances ten slotte zijn gericht op het handelen en rituelen rondom eten.

Opmerkelijk is dat deze groep studenten de studierichting autonoom volgen (factchecken!!)

Actieve en beeldende participatie van passanten wordt met name gehanteerd bij het vormgeven van een tekstuele interventie in de publieke ruimte een gemeenschappelijk gedicht, op een trappen van het Leonardo Da Vinciplein

Het publiek.

Het publiek reageert verschillend op de studenten interventies. Daar waar de normale gang van handelen – het gebruik van een (rol-)trap – wordt belemmerd reageert het publiek. Soms verwonderd (bij de witte vellen boven aan de trap), of verward, soms zelfs agressief (daar waar de roltrap werd geblokkeerd).

In veel andere interventies, waarbij de passanten niet rechtstreeks worden aangesproken: de tableaux vivants, het gemeenschappelijk klappen op de perrons, reageert het publiek gelaten of ogenschijnlijk ‘niet’ – in deze setting – op de eigenaardige situaties.

Daar waar de studenten anderen aanspreken op directe participatie – het gezamenlijk schrijven van een gedicht – worden makkelijk deelnemers gevonden en er lijkt sprake van nieuwsgierigheid.

Handelen van studenten.

Gedurende de middag ontwikkelen de studenten werk waarbij zelf-exposure relevanter wordt. Mogelijk ligt dit in de opzet van de workshop. De studenten sluiten immers af met de performance interventies.

Desalniettemin valt op de studenten zich – in de groep – kwetsbaar maken voor de passanten. Dit is niet enkel het geval bij de studenten die de roltrap blokkeren, waarbij directe fysiek contact dreigt.

In de andere performances wordt ook duidelijk da de studenten zelf onderdeel, of zelfs onderwerp zijn van de interventies. De studenten schuwen daarbij het theatrale aspect niet. Ze plaatsen zichzelf in ‘rare/compromitterende’ situaties en settingen.

Conclusies.

Gedurende de workshop Beeld op Straat bleek dat studenten in groepen relatief snel stappen zetten in het ontwikkelen van interventies in de publieke ruimte. In relatief korte tijd presenteren de studenten zichzelf als actoren in de publieke ruimte en dagen ze – in ieder geval voor zichzelf, in de eigen perceptie – het publiek uit op hen te reageren.

In groepsverband (en onder begeleiding?) lijken studenten zelfs onvoorspelbare situaties aan te gaan, of zelfs interventies aangaan waarbij negatieve sentimenten als uitkomst van een interventie waarschijnlijk zijn.

Binnen de condities van de workshop(framing) ontwikkelen studenten snel nieuw werk, gebaseerd op kennis, die ze in de interventies opdoen. Learning bij doing in korte tijdspannes lijkt te werken.

De interventies zijn divers van opzet en uitvoering en uit de reflectie sessies blijkt kennis te worden opgedaan over gedragingen in de publieke ruimte en hoe deze te beïnvloeden. In hoeverre deze kennis ‘verankerd’ is in het bewustzijn van de studenten is een onderzoeksvraag die mogelijk gekoppeld kan/moet worden aan het documenteren van de interventies en de reflecties op die documentaties.

  • De documentaire vaardigheden van de studenten zijn in het traject te weinig geïnventariseerd en er is in educatief opzicht te weinig aandacht aan besteed.
  • Het online delen is in dit traject te weinig embed, om daar uitspraken over te kunnen doen.